Wat betekent Prinsjesdag financieel voor mij én de sector?

Ieder jaar op Prinsjesdag maakt de regering de Miljoenennota en de Rijksbegroting bekend. Hierin staat hoeveel geld het kabinet beschikbaar stelt voor plannen én waar dat geld vandaan moet komen. Deze maatregelen hebben invloed op alle Nederlanders. In dit artikel leggen wij uit hoe deze maatregelen financiële impact hebben op jouw portemonnee als zzp’er of werknemer in de culturele of creatieve sector. Tevens lichten wij de kabinetsplannen toe voor de culturele en creatieve sector.


Maatregelen voor werkenden

  • De koopkracht van zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) gaat in vrijwel elke situatie erop achteruit. De zelfstandigenaftrek gaat opnieuw omlaag naar in totaal €2.470 in 2025. Uit vijftien van de zeventien koopkrachtscenario’s van het Nibud blijkt dat zzp’ers erop achteruit gaat. Verhoudingsgewijs gaat een alleenstaande zzp’er met een zelfstandigeninkomen van €35.000 per jaar, zonder kinderen, het meeste achteruit (-2,5%). Zij krijgen te maken met een lastenverzwaring van €76 per maand. Enkel een alleenstaande zzp’er, zonder kinderen, met een inkomen van €25.000 op jaarbasis gaat er enigszins op vooruit (+0,5%).

  • De mkb-winstvrijstelling gaat omlaag van 13,31% naar 12,7%. Alle ondernemers voor de inkomstenbelasting (dus ook zzp’ers) kunnen recht hebben op de mkb-winstvrijstelling.

  • De lonen van de meeste werknemers zouden volgend jaar toe moeten nemen met 4,3%. Afgelopen jaren bleven de lonen juist achter bij de inflatie.

  • De meeste Nederlandse huishoudens krijgen volgend jaar te maken met een lichte koopkrachtstijging. Gemiddeld stijgt de koopkracht met 0,7%. De koopkracht van de meeste huishoudens is dan naar verwachting weer op het niveau van 2021. Hieraan kunnen geen rechten worden ontleend, het blijven immers voorspellingen.

  • De zorgpremie voor de basisverzekering stijgt volgend jaar in totaal met €121. De gemiddelde zorgpremie komt dan op jaarbasis uit op €1.868. De huurtoeslag stijgt met circa €11 per maand. Deze stijging is lager dan de coalitie eerder had afgesproken in het hoofdlijnenakkoord.

Maatregelen culturele en creatieve sector

  • Het kabinet gaat dóór met het verhogen van het btw-tarief op cultuur, sport, media, boeken, evenementen en logies. Momenteel is het btw-tarief op voorgenoemde diensten en producten 9%, per 2026 moet dit belast worden met 21% btw. Het btw-tarief wordt toegepast op het moment van de prestatie. Dat betekent dat wanneer een poppodium in 2025 een kaartje verkoopt, maar het concert in 2026 plaatsvindt, dat het poppodium tóch al 21% belasting over het concertkaartje in rekening moet brengen. Kamperen, attractieparken, speel- en siertuinen, circussen, dierentuinen en bioscopen zijn uitgezonderd van deze btw-verhoging.

  • De Raad van State kraakt de verhoging van het btw-tarief. Zie ook de aparte alinea over dit thema.

  • Het vorige kabinet reserveerde €36,4 miljoen beschikbaar voor het realiseren van Fair Pay per 1 januari 2025. Deze middelen blijven ongemoeid. Vanaf volgend jaar moeten culturele instellingen die in de basisinfrastructuur zitten of van de Rijksoverheid geld krijgen, Fair Pay betalen volgens een cao- of honoreringsrichtlijn.

  • Er wordt 1,9 miljoen extra gereserveerd voor een meerjarige regeling voor talentontwikkeling in de klassieke muziek. Hierover ontstond veel onrust in de culturele sector. De financiën hiervoor worden gevonden binnen de begroting van het Fonds voor Cultuurparticipatie en aangevuld door het Fonds Podiumkunsten.

  • Vanaf 2027 wordt de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) gekort met €100 miljoen per jaar. Het totale mediabudget in 2027 zal lager uitvallen dan het totale mediabudget van afgelopen jaar.

  • Het kabinet neemt de adviezen van de Raad voor Cultuur over wat betreft de BIS-aanvragen. Twee regionale musea kregen een negatief advies van de Raad voor Cultuur; de minister zal deze twee musea vragen een nieuwe voordracht te doen in het belang van de regiofunctie van deze musea.

  • Jaarlijks profiteren culturele en creatieve instellingen van de giftenaftrek. De giftenaftrek is een aftrekpost in de inkomstenbelasting (particulieren) en vennootschapsbelasting (bedrijven) wanneer zij een donatie verrichten. Eerder was dit kabinet voornemens de volledige giftenaftrek af te schaffen. Het kabinet komt daar gedeeltelijk op terug. De giftenaftrek wordt alleen voor donaties van bedrijven aan goede doelen afgeschaft, voor particulieren blijft de giftenaftrek bestaan.

  • Daarnaast wordt €59 miljoen van de cultuurbegroting overgeheveld naar de gemeenten, om het lokale bibliotheekaanbod te versterken. Ook worden middelen overgeheveld van de cultuurbegroting naar de begroting van het primair onderwijs om cultuureducatie en museumbezoek te stimuleren.

  • Voor volgend jaar wordt een generieke bezuiniging op de culturele subsidiepost doorgevoerd ter hoogte van ruim €2 miljoen. Voor het jaar 2026 geeft het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) een winstwaarschuwing af. Er moet nog een concrete invulling worden gegeven aan de subsidiebezuiniging vanaf 2026 over de gehele OCW-begroting. Voordat de Tweede Kamer debatteert over de begroting, zal een wijziging op de begroting aan de Kamer worden voorgelegd. Het ministerie schrijft: “De begrote budgetten vanaf 2026 kunnen daarom nog aan veranderingen onderhevig zijn.”

Algemene maatregelen

  • Het kabinet wil de regeling inkoop van eigen aandelen (een faciliteit in de dividendbelasting) tóch behouden. Vorig jaar koos een meerderheid in de Tweede Kamer ervoor om deze fiscale regeling af te schaffen. Onlangs becijferde onderzoeksinstelling SOMO dat het terugdraaien van deze maatregel de schatkist circa €2 miljard per jaar kost.

  • De overdrachtsbelasting voor vastgoedbeleggers gaat omlaag van 10,4% naar 8%. Daardoor wordt het voor beleggers aantrekkelijker om vastgoed aan te schaffen.

  • Het huidige belastingvoordeel voor expats (de 30%-regeling) wordt grotendeels in stand gehouden. Vanaf 2027 gaat de maximale onbelaste vergoeding omlaag naar 27%. Eerder wilde de Tweede Kamer de expatregeling juist afbouwen.

Btw-verhoging? overheidsadviseur buitengewoon kritisch

  • Dé adviseur van de regering over wetgeving en goed bestuur is de Raad van State. Deze adviseur kraakt de verhoging van het btw-tarief. In niet mis te verstane woorden uit de Raad van State felle kritiek op het gebrek aan inhoudelijke toelichting, het niet in kaart brengen van de gevolgen van de maatregel en het gekozen proces.

  • De Raad adviseert met klem om de btw-verhoging in een apart wetsvoorstel te behandelen, de sector de gelegenheid te geven om op het voorstel te reageren en de neveneffecten in kaart te brengen. De Raad stelt: “Door het gebrek aan motivering voor deze differentiatie komen de gemaakte keuzes willekeurig over.”

  • De Raad vreest ook voor uitvoeringsproblemen bij de btw-verhoging. “Het is (..) niet duidelijk hoe de voorgestelde gedeeltelijke afschaffing van het verlaagde btw-tarief een bijdrage levert aan de vereenvoudiging van het belastingstelsel en een meer consistente belastingheffing op diverse goederen en diensten. Door de differentiatie lijkt het omgekeerde eerder het geval.”

 
Volgende
Volgende

Monstercoalitie stunt tegen de btw-verhoging tijdens de Koninklijke stoet